13
mrt
2018
Elk jaar op Hemelvaart trekt de Heilig Bloedprocessie, gedragen door talloze vrijwilligers, door onze stad. De band tussen de processie en de stad is ook historisch: de Stad Brugge als eigenaar van de relikwie en de Confrérie als verantwoordelijke voor de verering ervan, slaan de handen in elkaar.
De feitelijke organisatie van de processie is in handen van de vzw Heilig Bloedprocessie. De Stad Brugge geeft een jaarlijkse subsidie van 37.450 euro en verleent logistieke steun bij de organisatie. De vzw draagt de verantwoordelijkheid en draagt de rest van de financiële inspanning. Het organiseren van een evenement van dergelijke schaal is onmiskenbaar complexer geworden doorheen jaren.
Ook de eisen naar communicatie zijn hoger geworden, werken met vrijwilligers is gereglementeerd en administratief veeleisender geworden.
Er lopen al enige tijd gesprekken met de vzw Heilig Bloedprocessie om te bekijken op welke manier het stadsbestuur zijn engagement zou kunnen versterken.
Stadsbestuur treedt toe tot vzw Heilig Bloedprocessie
Het stadsbestuur zal toetreden tot de vzw Heilig Bloedprocessie. Zij zal zowel als rechtspersoon als door het afvaardigen van een aantal leden deel uitmaken van de Algemene Vergadering van de vzw. De Confrérie zal zes leden voordragen, de stad vijf. Deze minderheidspositie is noodzakelijk om in regel te zijn met het gemeentedecreet, maar is ook cruciaal: de Stad wil in geen geval de vzw overnemen of domineren.
De raad van bestuur zal bestaan uit vier leden aangeduid door de Confrérie en twee door de Stad. De Proost en de Burgemeester kunnen elke vergadering bijwonen en hebben er een raadgevende stem.
De Stad zal ook voorzien in personele ondersteuning. Bij Brugge Plus vzw zal een personeelslid 2/5 worden vrijgesteld om dit engagement waar te maken. Ellen Verstraete, die in 2017 tekende voor een vlekkeloze organisatie van de Gouden Boomstoet, zal deze functie invullen. Voorts engageert de Stad zich om de logistieke ondersteuning te continueren zoals in 2017.
Op het vlak van financiën zal de editie 2018 geanalyseerd worden om te bekijken waar er mogelijkheden tot synergie en efficiëntiewinst zijn. Op basis daarvan zal de toekomstige subsidie worden bepaald, maar deze zal nooit hoger zijn dan de helft van de exploitatiekost. Beide partijen zullen ook samen zorg dragen dit stuk Werelderfgoed, en de erkenning ervan door Unesco veilig stellen.